Trombosedienst

Antistollingsmedicatie vertraagt de bloedstolling. Een juiste dosering is essentieel:

• Te weinig antistolling vergroot de kans op bloedstolsels.
• Te veel antistolling verhoogt het risico op bloedingen.

Omdat elke patiënt anders reageert op antistollingsmiddelen, voeding of andere medicatie, is regelmatige controle van de INR-waarde noodzakelijk.

Werkwijze van de Trombosedienst
De Trombosedienst neemt dagelijks bloed af bij patiënten die antistollingsmedicatie gebruiken en bepaalt de INR-waarde. Op basis van de uitslag geeft de doseerarts een nieuw doseeradvies en wordt afgesproken wanneer de patiënt weer moet worden geprikt. Dit kan variëren van enkele dagen tot meerdere weken.

Van venapunctie naar vingerprik
Het bepalen van de INR-waarde werd tot voor kort standaard gedaan door middel van een prik in de arm, ook wel venapunctie genoemd. Per april 2022 is de trombosedienst gestart met een nieuwe werkwijze. Met een klein prikje in uw vinger en slechts één druppel bloed wordt uw stollingswaarde direct bepaald. Deze methode werd al gebruikt bij patiënten waarbij de venapunctie niet mogelijk was en door patiënten die zelf de INR meten.

In het kort – zo werkt de vingerprikmethode
Tijdens uw controle – thuis of op de poli – verloopt het proces als volgt:

1. Identificatie:
   Uw trombosepas wordt gescand; hiermee wordt uw persoonlijke patiëntnummer gekoppeld.
2. Bloedafname:
   De medewerker prikt in uw vinger en brengt een druppel bloed aan op een strip in het meetapparaat (CoaguChek). Binnen enkele minuten is de uitslag bekend.
3. Vragen en gegevensverwerking:
   Tijdens de meting stelt de medewerker u enkele medische vragen. De INR-uitslag en uw antwoorden worden digitaal, via een beveiligde app, doorgestuurd naar de trombosedienst.
4. Doseeradvies:
   De doseerarts beoordeelt de gegevens en stelt een nieuw medicatieadvies op. U ontvangt dit advies digitaal, per post en – indien nodig – telefonisch.

Het is mogelijk om zelf uw INR-waarde te meten. U krijgt hiervoor een CoaguChek-meter in bruikleen van de Trombosedienst en volgt een korte scholing. U voert daarna zelfstandig metingen uit via een vingerprik en bent zelf verantwoordelijk voor het uitvoeren van de test.

De meter moet periodiek gecontroleerd worden. Dit gebeurt op afspraak op:

• Het afnamelab in Sneek (route 21)
• Het afnamelab in Emmeloord, Urkerweg 4 (route 42)

Heeft u vragen? Neem dan contact op  met de Trombosedienst van Antonius via het telefoonnummer 0515 – 48 81 16 of via de e-mail trombosedienst@mijnantonius.nl. Wij zijn op werkdagen bereikbaar van 08:30 uur tot 16:30 uur. 

U kunt ook een kijkje nemen tussen de veel gestelde vragen.