Piekeren

Iedereen piekert weleens. Je maakt je zorgen over iets of denkt steeds aan iets moeilijks. Dat is helemaal normaal. Maar soms blijven die gedachten maar komen en lukt het niet om ze te stoppen. Dat noemen we piekeren.

Bijvoorbeeld:

• Je blijft maar denken dat je ziek bent, terwijl de dokter niets kan vinden.
• Je bent bang voor een slecht cijfer, terwijl je het goed doet op school.
• Je maakt je zorgen dat er iets ergs gebeurt met iemand van wie je houdt.
• Of je denkt steeds dat je iets gaat vergeten of dat iemand iets vervelends tegen je zegt.

Al dat piekeren kan ervoor zorgen dat je je onrustig, verdrietig, zenuwachtig of bang voelt. Soms slaap je er slechter door, word je moe wakker en voel je spanningen in je lijf. Dan lukt het ook minder goed om leuke dingen te doen of je te concentreren op school.

Wat doet de behandeling?
De behandeling helpt je om minder te piekeren. Daardoor slaap je beter, voel je je rustiger en kun je je fijner voelen op school en thuis. 

Met een psycholoog kun je nagaan of piekeren een reden is van je klachten. Want bij negatieve gedachten ontstaat vaak angst en spanning in je lijf. Een psycholoog kan je leren anders te denken waardoor je minder gaat piekeren. Door piekergedachten samen te onderzoeken en bewijzen te zoeken voor en tegen deze gedachten, zal je ontdekken dat je gedachten niet altijd kloppen. Je vervangt bange gedachten door helpende gedachten. Meestal zijn je ouders niet bij de gesprekken, maar we houden ze goed op de hoogte zodat zij jou kunnen helpen bij oefenopdrachten.