Halve knieprothese (unicondylaire knieprothese)
Bij sommige patiënten is alleen één deel van de knie (meestal de binnenzijde) aangetast door artrose. In die gevallen kan worden gekozen voor een halve knieprothese. Hierbij blijft het gezonde deel van de knie behouden, evenals de kruisbanden.
Indicaties
- Artrose beperkt tot één compartiment van de knie; de mediale of laterale zijde (binnen- of buitenkant)
- Goede stabiliteit van de knie; intacte kniebanden
- Behoud van voldoende bewegingsuitslag; hooguit licht beperkte kniefunctie
- Corrigeerbare standsafwijkingen (O- of X-been)
- Alleen mogelijk bij artrose, niet bij onderliggende reumatische aandoeningen zoals bijvoorbeeld reuma.
Operatie en voordelen
Bij de operatie wordt het aangedane gewrichtsvlak verwijderd en vervangen door een prothese die bestaat uit een metalen femoraal (bovenbeens) en tibiaal (onderbeens) onderdeel, met daartussen een kunststof insert die zorgt voor soepel bewegen.
De operatie is minder ingrijpend dan een totale knieprothese. De snede is kleiner, er wordt minder bot verwijderd en de hersteltijd is vaak korter. Patiënten geven vaak aan dat de knie natuurlijker aanvoelt.
Revalidatie
De revalidatie verloopt doorgaans sneller dan bij een totale knieprothese, met eerder hervatten van dagelijkse activiteiten. Er kan meestal binnen 24 uur gestart worden met mobiliseren onder begeleiding van de fysiotherapeut. De functie herstelt in de regel binnen enkele weken tot maanden, afhankelijk van de individuele belastbaarheid en therapietrouw. Volledig herstel duurt gemiddeld drie tot zes maanden.
Mogelijke complicaties
- Progressieve artrose in het andere knie deel
- Infectie van de prothese
- Trombose (bloedstolsel in een bloedvat) of longembolie
- Loslating van de prothese
- Chronische pijn, aanhoudende instabiliteit of beperkte functie
- Zenuw of bloedvatschade
- Luxatie van de insert
Gelukkig komen ernstige complicaties relatief zelden voor. Een goede voorbereiding, duidelijke uitleg en het volgen van het revalidatieplan helpen de kans op complicaties aanzienlijk te verkleinen.
Niet iedere patiënt komt in aanmerking voor deze ingreep. Uw orthopedisch chirurg bespreekt met u of deze optie geschikt is voor uw situatie.