Scoliose bij volwassenen
Scoliose is een zijwaartse verkromming van de wervelkolom die ook gepaard kan gaan met een draaiing van de wervels. Dit kan zorgen voor een asymmetrische houding, zoals een scheve rug, ongelijke schouders of een heup die hoger lijkt te staan dan de andere.
De meest voorkomende vorm bij jongeren is idiopathische adolescentenscoliose. Dit betekent dat de verkromming ontstaat tijdens de groeispurt in de puberteit, zonder duidelijke oorzaak.
Hoe wordt scoliose ontdekt?
Scoliose wordt vaak opgemerkt door ouders, schoolartsen of de jongeren zelf. Kenmerkende tekenen zijn:
- Scheve houding of asymmetrie van de schouders of het bekken
- Een bult op de rug bij vooroverbuigen (ribben- of lendenbochel)
- Kleding die scheef valt
Klachten
De meeste jongeren met scoliose hebben weinig tot geen pijn. In sommige gevallen kunnen rugklachten optreden, vooral bij grotere verkrommingen. In ernstige gevallen kan scoliose op termijn invloed hebben op de longfunctie, maar dit is zeldzaam.
Diagnostiek
De diagnose wordt gesteld op basis van lichamelijk onderzoek en röntgenfoto’s. Hierop wordt de hoek van de verkromming gemeten, de zogenaamde Cobb-hoek. Deze hoek bepaalt de ernst van de scoliose en is leidend in het behandelbeleid.
Behandeling
De behandeling hangt af van de ernst van de verkromming en of de wervelkolom nog groeit:
- Observatie: Bij milde verkrommingen en uitgegroeide wervelkolom is vaak alleen controle nodig.
- Bracebehandeling: Bij matige verkrommingen (meestal tussen 20–40 graden Cobb) tijdens de groei kan een korset (brace) worden voorgeschreven om verdere verkromming te remmen.
- Operatie: Bij ernstige verkrommingen (>45–50 graden Cobb) of wanneer de verkromming ondanks bracebehandeling toeneemt, kan een operatie (wervelkolomcorrectie en fixatie met schroeven/staven) worden overwogen. Dit gebeurt meestal in een gespecialiseerd centrum.
Follow-up
Scoliose wordt nauwkeurig opgevolgd gedurende de groeiperiode, met regelmatige controles en beeldvorming om te bepalen of de kromming verergert. Tijdige opsporing en behandeling zijn belangrijk om complicaties te voorkomen.