Knieschijfklachten (patellofemoraal pijnsyndroom)
Knieschijfklachten, ook wel patellofemoraal pijnsyndroom genoemd, ontstaan vaak door overbelasting of afwijkende sporing van de knieschijf in de trochlea (goot) van het dijbeen.
Dit kan komen door spierzwakte, een verkeerde stand van de benen of afwijkingen aan de knieschijf zelf.
Klachten
Patiënten ervaren pijn aan de voorzijde van de knie, vooral bij traplopen (met name naar beneden), hurken, fietsen of langdurig zitten met gebogen knieën (theaterknie). Soms treedt er een knarsend of knappend gevoel op tijdens beweging.
Behandeling
- Conservatief: De behandeling bestaat uit oefentherapie gericht op spierversterking, ketenstabiliteit, core stability en looptechniek. De laatste inzichten benadrukken dat patellofemorale klachten vaak onderdeel zijn van een dynamisch ketenprobleem waarbij heup- en rompstabiliteit een belangrijke rol spelen. Soms kunnen zooltjes of een brace tijdelijk ondersteuning bieden.
- Operatief: Operatieve ingrepen zijn zelden nodig, maar kunnen overwogen worden bij ernstige afwijkingen van de sporing van de knieschijf, bijvoorbeeld via een lateralisatiecorrectie of tibiale tuberositas transpositie.
Revalidatie
Fysiotherapie speelt een centrale rol bij het herstel. De nadruk ligt op het verbeteren van spierbalans, stabiliteit en looppatroon. De meeste patiënten herstellen goed met een gericht oefenprogramma.
Diagnostiek
De diagnose wordt gesteld op basis van het klachtenpatroon en lichamelijk onderzoek. Indien nodig kan aanvullend beeldvormend onderzoek zoals röntgenfoto's of een CT of MRI-scan worden verricht om afwijkingen van de knieschijf of kraakbeen te beoordelen.